Kenmerken
Deze watersalamander is fijn gebouwd en heeft een gladde maar matte huid, z’n rugkleur is doorgaans groenachtig tot lichtbruin met typische rode vlekjes begrensd door een zwart ringetje. Hun buik is geel met zwarte puntjes. De grootte varieert van 9 tot maximaal 14 cm.
Mannetjes zijn te herkennen aan de grotere cloaca en de dikkere achterpoten die dienen om de vrouwtjes te omklemmen (amplexus). Tijdens de paartijd hebben de mannetjes een schitterende hoge vinzoom en ontwikkelen ze hoornrichels (soort gripkussens) op de binnenkant van de achterpoten.
Herkomst: Noord-Amerika, Zuid-oost Canada.
Huisvesting
De huisvesting van deze salamanders hangt af van de levensfase waarin ze zich bevinden.Volwassen dieren dienen in een beplant aquarium gehouden te worden met alleen een klein drijvend eilandje of een uitstekende steen voor de salamanders om uit te rusten. Ze prefereren stilstaand water dus voorkom sterk stromend water. De temperatuur varieert van 18-23c° in de zomer tot 5-10c° in de winter.
De “eft” fase (juveniele fase) is geheel terrestrisch en heeft een vochtig bosbiotoop nodig. Je kan hier kiezen voor een ondergrond van grond en natuurlijk “bosafval” met verscheidene stukken schors en mos om onder te schuilen. Af en toe besproeien om de vochtigheidsgraad op peil te houden.
Voeding
Volwassen dieren eten wormen, rode muggenlarven (levend of diepvries), pinkymaden, runderhart, enchytreën, tubifex, volwassen artemia,…De “efts” zijn iets moeilijker daar zij kleiner zijn en dus ook kleiner voedsel nodig hebben: Ovenvisjes, springstaartjes, kleine krekeltjes, enchytreën, fruitvliegen en kleine wasmotlarven worden gegeten.
Voortplanting
De voortplanting kan verkregen worden door de watertemperatuur in het najaar te laten dalen en in het voorjaar geleidelijk terug op te schroeven, een onverwarmde hobbykamer of schuur die de seizoenen mee volgt is hier ideaal.Het mannetje omklemt het vrouwtje en “streelt” de snuit van het vrouwtje met z’n kin terwijl hij met z’n staart feromonen naar de neus van het vrouwtje wappert. Dit ritueel kan uren duren.Uiteindelijk laat hij het vrouwtje los en plaatst zich voor haar, als zij ontvankelijk is zet hij een spermatofoorkegeltje af en leidt het vrouwtje er naartoe.Het vrouwtje plooit net als de triturus-soorten elk eitje individueel tussen waterplanten, het aantal varieert gemiddeld van 200 tot 400 stuks.
Opkweken larven
De larven kun je het gemakkelijkst in een kale bak houden, dit is gemakkelijker om vuil van de bodem te zuigen en het voedingsgedrag te monitoren.Pasgeboren larven kan je best na 2 tot 3 dagen beginnen voederen met bv: pas uitgekomen artemia, microaaltjes en andere micro-organismen. Om de dag 50% water verversen is zeer aangewezen(let op dezelfde temperatuur)Naarmate ze groter en actiever worden kan je ze best opdelen in aparte bakjes en sorteren op grootte, nu kan je watervlooien, tubifex, rode muggenlarven e.d. gaan voeren.
Na 6 tot 8 weken (temperatuur speelt hier een rol) beginnen de dieren te metamorfoseren en willen ze het water uit. De gemetamorfoseerde dieren kan je dan gaan huisvesten zoals beschreven bij de “eft” fase.
Geschreven door: Kenny De Boeck
Bronnen:
Literatuur: F.Pasmans, S.Bogaerts, H.Wallays en H.Janssen in Salamanders; biologie-huisvesting-kweek. P33 Zaremba et al; Lacerta 45ste jaargang nr.6 pp 81-96
Internet: Nate Nelson’s caresheet 2001 (vernieuwd 2004) http://www.caudata.org/cc/species/Notophthalmus/N_viridescens.shtml
Actueel
Programma 29ste Landdag van de Salamandervereniging
Zondag 3 september 2023 Dierenpark de OliemeulenReitse Hoevenstraat 30,5042 EH Tilburg 9:30 Zaal open Hall open 10:00 –…
Uitnodiging voor de 29ste Landdag van de Salamandervereniging 3 september 2023
Geachte leden van de Salamander vereniging, Op het moment leggen we de laatste hand aan de agenda en presentaties van…
Uitnodiging voor de jaarlijkse salamander registratie van de Salamandervereniging voor het jaar 2023
Geachte leden van de Salamandervereniging, Nu we weer veel dieren gekweekt hebben en bijna klaar zijn om te ruilen met…